Hoffmann’s Erzählungen in Valkenburg

Hoffmann - H.Delamboy
Olympia - S.Roberts
Antonia - A.Blasi
Giuliette - M. van Dongen
Stem v.d. moeder - M. van Dongen
Lindorf - M.Klein
Coppelius - M.Klein
Dapertutto - M.Klein
Miracle - M.Klein
Koren - Klokkenkoor Valkenburg
             o.l.v. P.Bours
             Mechels Vokaal Ensemble
             o.l.v. H.Vanhauten
Regie - (niet in programma
             vermeld) H.Delamboye
O.L.V. Kerk aan het Walramplein
Zondag 01april 1984

Men was eerst geneigd aan een geslaagde Aprilgrap op die datum te denken: Offenbach’s “Hoffmann” in Valkenburg en dan in een kerk. Maar ik heb al eerder gewezen op de steeds stijgende artistieke betekenis van de jaarlijkse uitvoeringen van de Stichting Culturele Muziek Manifestaties. Tot nu toe waren het concerten. Voor het eerst werd er ook aktie bij betrokken. Een volledige uitvoering zou in deze entourage niet mogelijk zijn, maar het kwam er toch verrassend dicht bij. De versie van het werk was er een van Hoogtepunten, maar zó dat de handeling doorliep en men een indruk van het totale werk kon krijgen. Aan elkaar verteld door Carla Brugman (als Muse) hebben we alle essentiele delen van “Hoffmann” kunnen horen, en wat meer zegt: ook zien! Voor die éne avond had men in de Valkenburgse kerk een toneel opgebouwd, zo ingenieus dat menig professionele regisseur er de hoogste eer mee behalen kon. Het was een eenheidsdekor op verschillende ‘plannen’, bijzonder suggestief, waarin met de ruimte gewoekerd werd. Ik heb veel uitvoeringen van “Hoffmann” meegemaakt, Franse zowel als Duitse, maar ik moet zeggen dat deze als ’t ware geimproviseerde tot de beste behoorde die ik beleefde. Heel bescheiden werd de naam van de regisseur die dit tot stand bracht niet vermeld. Het was echter Hubert Delamboye zelf, die ook de titelrol zong, en wel zo goed als ik tot op heden geen Hoffmann ten tonele beleefd heb. We hebben Huub meerdere malen op concerten gehoord, maar nog nooit eerder in zijn eigen element, op het operatoneel. En na deze Hoffmaan verwonder ik me er des te sterker over dat hij nog altijd niet bij de Amsterdamse Opera gegasteerd heeft, en dat ook het LSO hem niet wist te vinden. Ons verlies is de winst voor Wiesbaden, waar hij steeds zwaardere rollen zingt, dit seizoen de Erik in “Der fliegende Holländer”, en wie weet: in de naaste toekomst zelfs Walther von Stotzing! Hij had drie collega’s uit Wiesbaden meegenomen, zodat we hier bijna van een ‘Wiesbaden’s Gastspiel’ konden spreken. Manfred Klein hadden we al meerdere malen op concerten gehoord, en toonde hier in zijn vierdubbele rol een even goed akteur als zanger te zijn. Nieuw waren twee Amerikaanse sopranen: een fijn gezongen Antonia van Angela Blasi, en vooral een brilliante Olympia van Suzanne Roberts, die een ware ovatie had na haar Poppenaria. Maria van Dongen sloot zich daar waardig bij aan als Giulietta. Voor de stem van de Moeder had ik liever de gebruikelijke altstem gehoord. De kleine rollen en de koren weerden zich professioneel. Het leek me onwaarschijnlijk dat al dit werk, al deze liefdevolle arbeid allemaal voor één enkele avond geweest zou zijn. Maar inderdaad was dat het geval. Het bewijst toch wel hoe de opera in onze regio leeft, dat een evenement als dit hier tot de mogelijkheden behoort.

Leo Riemens  1984

Bekijk Opera